Daar gaat de wekker, we worden wakker in een boot vol spullen. Een berg van grote tassen vol met spullen die nog een definitieve plek moeten krijgen en dozen met onderdelen voor de boot die nog geïnstalleerd moeten gaan worden neemt de halve salon in beslag. Voor nu zorgen we er alleen maar voor dat alles enig sinds vast staat, zodat we kunnen uitvaren.

Varen! Eindelijk! Dit seizoen zijn we nog niet verder gekomen dan een enkel rondje op het Haringvliet en heen en weer naar de werf voor het onderwater schip. Vandaag is het mooi weer, zonnig met een klein beetje noordoosten wind. Perfect voor ons doel; zuidwaarts!

Het vertrek is wat gehaast, maar hier zijn twee belangrijke redenen voor. Eén, het is al half augustus, dus we zien de herfst al aan de horizon. Hierdoor wordt het weer steeds minder stabiel en is er een grotere kans op stormen. Die stormen willen we graag voor zijn. Voor de herfststormen de golf van Biskaje over, dat is het doel.

Twee, we willen eindelijk de rest achterna willen. De rest? Ja, de rest. We zitten in een whatsapp groep met 50+ boten van stellen en gezinnen die dit jaar “vertrekken” en een jaar of langer de Nederlandse wateren verlaten. Een groot deel hiervan is al in juni of juli vertrokken en zijn ondertussen al aangekomen in Spanje of Portugal. Een aantal boten zijn nog onderweg in Noord Frankrijk of Zuid Engeland en liggen te wachten op een goed-weer-gaatje voor de oversteek van de golf van Biskaje. Wij zouden het fijn vinden om daarbij aan te kunnen sluiten en gezamenlijk de oversteek te doen.

Voor nu, eerst maar eens de sluis door en de zee op. Dit is wel even spannend, de laatste keer dat we met Max gevaren hebben op groter water is al weer een jaar geleden. Toen was hij nog maar drie maanden oud, nu met zijn 14 maanden is het weer een hele nieuwe ervaring. Voor nu is de richting dus zuid, bestemming onbekend. Na een aantal uur onderweg te zijn, blijkt dat er geen wind is en de snelheid wat tegenvalt. We kiezen voor een stop in Zeebruggen. Een mooie eerste sprong naar het zuiden en in ieder geval alvast één land verder, België.

Na zeebruggen volgen in de eerste week Calais, Boulogne sur Mer, Dieppe en Fecamp. Iedere keer weer een mooie sprong dichter naar Brest. Hier willen we (net zoals de rest) goed weer voor de oversteek van de golf van Biskaje afwachten. Gedurende deze week hebben we helaas niet iedere dag mooi vaar-weer. Nu we Max aan boord hebben en de boot ook nog niet helemaal goed ingericht is, kiezen we voor rustig vaar-weer. Zo besluiten we om een dagje in Fecamp te blijven liggen en hebben we voor het eerst de tijd om echt even rond te kijken, te wandelen, boodschappen te doen en natuurlijk ook de nodige bootklusjes uit te voeren.

Zo zijn we o.a. uit Nederland vertrokken met een nieuw zonnepaneel op de buiskap. Daar heb je alleen niet zo veel aan, als die niet aangesloten is. Het aansluiten zou niet zo veel werk moeten zijn, want voor de buiskap ligt al een aangesloten zonnepaneel. De kabels zijn er dus al en we hoeven deze er alleen maar bij aan te sluiten. Maar zoals alle bootklusjes gaan, duurt ook dit toch weer een stuk langer dan verwacht. Maar het resultaat mag er zijn. Wanneer de regen is weg getrokken en de zon doorkomt hebben we met slechts een paar uurtjes zon die dag al een hogere dagopbrengst van de zonnepanelen dan dat het ooit is geweest met het enkele zonnepaneel dat we al hadden. En zo kon er weer een klusje worden afgestreept.

Na Fecamp gaan we door naar St. Vaast en Cherbourg. Tussen Fecamp en St. Vaast hebben we tijdens het varen onze eerste groep dolfijnen bij de boot. Met mooie sprongen uit het water, zwemmen ze gezellig een stukje met de boot mee. Daarna draait de groep zich om en zwemmen ze verder de andere kant op. Zulke ervaringen blijven mooi en bijzonder om te zien.
Als we een dag later bij Cherbourg vanuit de haven de kant op lopen zegt Max: “Boom!”, Wij zeggen: “Dat is een palmboom Max”, en Max zegt: “Pam-boo!”. En langzamerhand beginnen wij ook echt te merken dat we verder naar het zuiden komen!